Een verhaal over KID

Een verhaal over een man die te horen kreeg dat hij absoluut geen kindjes kon krijgen maar toch hoopvol mag uitkijken naar een eerste.

K(kunstmatige) I(inseminatie) D(met donorsperma)

Wij zijn een gezond koppel van respectievelijk 26 en 27 jaar en zijn 3 jaar getrouwd. We hebben zowat alles geprobeerd om zwanger te raken maar helaas. Geen enkele manier werkte. Van kruidenpreparaten naar relaxatieoefeningen. Zelfs na het vrijen een extra stimulatie, omdat ik had gelezen dat een orgasme ervoor zorgt dat de baarmoeder samentrekt en dat bevordert het ophouden, opstuwen van het zaad … maar niets hielp.

Na 5 jaar waren we nog niet zwanger. Verschillende onderzoeken werden bij mijn vrouw uitgevoerd. Via onder andere bloed- en hormonenonderzoek en echoscopie onderzocht de gynaecoloog alles grondig. Hij keek na of er cysten aanwezig zijn op de eierstokken, of dat de eileiders bobbelig zijn, wat duidt op een eerdere eileiderontsteking, of de baarmoeder er normaal uitziet of er vleesbomen aanwezig zijn. Met behulp van een contrastmiddel, dat via vagina en baarmoederhals wordt opgespoten, kan men de binnenkant van de baarmoeder, de dikte van de slijmvliezen en de eileiders zien. Zo kan men vaststellen of de doorgang door de eileiders open is, wat een voorwaarde is voor een natuurlijke of kunstmatige bevruchting.

Mijn vrouw haar ervaring :

“Helemaal alleen lag ik op de onderzoekstafel met de benen wijd open, angstig te kijken naar het tv scherm waar ik alles op kon volgen. Zonder enige en verdere uitleg werd het onderzoek gevoerd. Dokter X gaf deskundige uitleg aan de assistent. Ik herkende en begrijp bepaalde woorden, maar snapte de samenhang er niet van. De angst sloeg om mijn hart . . Ik concentreerde mij nog om mijn opkomende emoties onder controle te houden. ‘hoest even’, ‘ja, nog eens’, op dat ogenblijk een pijnlijk gevoel, een tang werd in de baarmoederhals vastgeklemd zodat ze de baarmoeder lichtjes naar voren kon kantelen. ‘Wat doe je eigelijk, een beetje uitleg?’ Dat kreeg ik nog juist goed gezegd. ‘De uitleg geef ik straks, op mijn consult’. Dat was dan de laatste druppel … bang en ontwetend barstte ik in tranen uit. Ik mocht mij omkleden en in de wachtzaal plaatsnemen voor een verdere bespreking van de resultaten. Dokter X was blijkbaar verschoten van mijn reactie tijdens het onderzoek. ‘Gaat het Mevr., heb ik u niet te veel pijn gedaan ?’ ‘Je ondergaat toch niet dagelijks zo’n pijnlijk onderzoek’ zei ik nog voor ik mij omkleedde. Het onderzoek op zich viel goed mee maar die onzekerheid, onwetendheid en de manier waarop het onderzoek gevoerd werd. . . Tijdens de bespreking bleken de resultaten positief te zijn. Wat een opluchting voor ons was. Maar waar ging er dan iets mis?

Nadien heb ik me laten testen in oktober 2006. Ik ging ervan uit dat alles o.k. was en dat dit enkel een routineonderzoek was. Maar dat bleek toch even wat anders te zijn. De uroloog stelde voor om een kleine intieme test te doen. Uit deze testresultaten bleek al snel dat er toch wat fout zat.

Terug in zijn kabinet viel het verdict, dat voor mij niet zo verontrustend was op ’t eerste zicht, maar mijn vrouw voelde de bui al hangen. Bleek dat ik een spermahoeveelheid van 3 ml heb in mijn teelballen terwijl het 25 ml zou moeten zijn. Wat daar de oorzaken van konden zijn wist de uroloog niet precies maar om verdere zaken uit te sluiten moesten we wel langs bij de bloedafname voor een check – up van mijn bloed. Zowel de hormonen als alle soorten ziekten en de genetica werden onderworpen aan een grondig onderzoek, de wachttijd was aanzienlijk.

Intussen werd ons aangeraden niet op te geven, want de kans zat er toch in dat ik misschien toch zwemmertjes zou hebben in mijn zaad. We moesten de wetenschap zijn werk laten doen en zelf zorgen dat er geen enkele stap wordt overgeslagen. Zo werd ons gevraagd om 2 onafhankelijk van elkaar genomen sperma stalen in een potje binnen te brengen.

Weten dat je genetische code niet in orde is of het transport ervan. Leuk is anders… Bovendien dienden de stalen volgens een strikte wijze verkregen te worden, een greep uit de regels :

Dat van die 2 uur na donatie dat leek ons niet haalbaar .. dus hebben we ons noodgedwongen tot 2 maal toe teruggetrokken in het sanitair van het ziekenhuis zodat ons staal zo ‘vers’ mogelijk kon gedeponeerd worden aan de balie van het labo. Na elke week mocht ik bellen om de resultaten op te vragen. De 1ste week had ik hoegenaamd geen zin om nog eens dergelijke slag te krijgen. Maar de 2de week voelde ik me al een pak beter en heb ik toch gebeld naar mijn uroloog om de resultaten op te vragen. Ik stond met mijn auto ergens op de parkeerstrook te bellen. Komt er een assistent van de uroloog aan de lijn die me doodleuk meedeelt : “Meneer, uw 2 stalen sperma hebben niets opgeleverd. Er zijn geen spermatozoïden aangetroffen.” Korte stilte. .. “een prettige dag verder” einde gesprek .. daar zat ik dan.

Dokters en medisch personeel kunnen zo tactloos zijn ! Zo KLEIN voelde ik me nog op dat ogenblik. Dat weekend zijn we beginnen googlen naar de mogelijke oorzaken van mijn geval . . Niets .. tot we op een artikel stoten van een Leuvense professor, een artikel van hem of een link naar een bepaald artikel. De symptomen die hij beschreef kwamen in grote lijnen overeen met wat ik waarnam bij mezelf. Zijn diagnose plaatste me onmiddellijk voor een voldongen feit … KLINEFELTERSYNDROOM. Eindelijk had die duivel ook een naam. Enerzijds opgelucht maar anderzijds heel verdrietig.

Wist je dat 5 op 1000 geboren jongens lijden aan deze genetische ziekte. Die niet te genezen is. Zo kwam er eigelijk vrij snel een einde aan onze zoektocht naar wat er fout was. Als dan nog die week het ‘officiële’ verdict viel dat het degelijk Klinefelter was, dan kan je eindelijk zo snel mogelijk die episode afsluiten om je te focussen op de toekomst. Op dat moment gingen wij door een diep dal.

Mijn vrouw werkte op dat ogenblik als kinderverzorgster. De gedachte dat we nooit kinderen konden krijgen was ongelofelijk zwaar. Niemand in onze omgeving voelde wat wij voelden : leegte, machteloosheid, een gemis.

Niemand kon ons helpen, begrijpen, bijstaan. Het was een geheim tussen ons, alleen wij tweeën. Het was voor mijn vrouw een grote kinderdroom die in het water viel, haar grootste kinderdroom was 3 of meer kinderen samen op te voeden, een groot, vrolijk en gezellig huishouden te hebben. Elke dag geconfronteerd te worden met de realiteit maakte haar moedeloos, gefrustreerd en ziek.

Elke werkdag was voor mij een verademing want ik kon mijn hoofd verzetten en er even niet aan denken. Elk moment dat ik er aan dacht was een marteling, een ondragelijke last. Ik had driftbuien, woede uitbarstingen, kon met mezelf geen blijf. Gelukkig heb ik een pracht van een vrouw die me verstond en me heeft bijgestaan in deze heel moeilijke en zwarte periode van ons leven. We hebben veel gepraat en elkaar gesteund, we zijn dichter naar elkaar toegegroeid. Er werd ons voorgesteld om een dagboek bij te houden waar we elk apart ons verhaal in kwijt konden, hoe we ons voelen en waar we onze zielenroerselen in kwijt raakten. Zodat we van elkaar konden leren hoe we beiden ermee omgingen. Ook werd ons aangeraden een mapje te maken met al de artikelen die verschijnen in de media omtrent dit onderwerp, zodat onze kinderen later kunnen zien dat het in 2007 niet ANDERS kon. Dat het niet geneesbaar is.

Die periode, begin januari 2007 was ons eerste gesprek met de psycholoog van het fertiliteitscentrum. Een begeleidend gesprek waar we toch het éen en het ander van opgestoken hebben. Wordt het KID of gaan we voor adoptie ? Ga je het ‘de kleine’ later vertellen dat zij/hij via KID is verwekt en hoe ga je daar mee om… enz. Er werd ons voorgesteld om alles rustig te laten bezinken en pas binnen 6 maand te beginnen met inseminatie. ZES MAAND !!!

Hoe durfden ze dat vragen als je al zo lang, meer dan 5 jaar lang, probeert om zwanger te zijn. We wilden zo rap mogelijk beginnen, dat stond buiten kijf. We hebben ons redelijk kwaad gemaakt op het medisch team dat voor de inseminatie toestemming diende te geven. Wij moesten ons verantwoorden terwijl zovelen anderen daar helemaal geen toestemming voor moeten vragen noch krijgen om met kinderen te beginnen!!!

We konden naar een andere dokter gaan maar hoelang ging het dan duren, helemaal opnieuw: kennismakingsgesprek, gesprek met psycholoog, een verklaring moeten geven waarom we een andere dokter nemen,…was dat alles die moeite waard?!! We hadden geen andere keuze, dit was de kortste weg naar ons geluk en kindjes! Nog even doorbijten . . .

Voor ons bleek adoptie geen keuze aangezien we dat te drastisch vinden en omdat uit de tests bleek dat er met mijn vrouw niets ongewoons aan de hand was, zij is gezond. KID is voor ons de eerste enige en duidelijkste keuze. We hebben op 10 februari 2007 onze eerste inseminatie gehad.

We hebben één en ander uitgeklaard met onze dokter: onze verbazing, onmacht vertelt. En zijn met een schone lei herbegonnen.

Vierentwintig uur voor de inseminatie diende mijn vrouw zichzelf een hormonenpreparaat toe dat ervoor zorgt dat de eicellen rijpen en zich klaar maken om bevrucht te worden. Voor het moment dat de eisprong zou plaatsvinden, hadden we een afspraak bij Dokter X voor de inseminatie en daarbij is het gebleven.. want het was van de eerste keer een voltreffer! Nu zijn we al 6 maand op weg .. en alles verloopt tiptop! De voorziene bevallingsdatum is uitgerekend op 5 november daags na mijn verjaardag!!

Dus na al het ongelukkige nieuws hebben we een positief verhaal om af te sluiten en een mooi vooruitzicht.

Over het feit dat we later het tegen onze kinderen gaan vertellen, dat ze met KID verwekt zijn, daar zijn we beiden nog niet uit. Ik vind dat we het zo vroeg mogelijk moeten vertellen – voor hun puberteit – zodat ze het aanvaarden en niet rebelleren in die mate dat ze me niet meer willen als papa omdat ik toch hun papa niet ben… maar mijn vrouw zou het hen pas later zeggen. We hebben de donor niet zelf gekozen uit een boek, er is een lijst opgemaakt van de punten waar hij aan moest voldoen: bloedgroep, lengte, kleur ogen / haar en opleiding. We hebben onze toekomst veilig gesteld. We hebben onmiddellijk 6 rietjes met zaad van onze donor gereserveerd. Zodat onze kinderen, 100% genetische broertjes en of zusjes van elkaar zullen zijn. Dit hele gedoe kostte ons heel wat, want de mutualiteit betaalt hier niets in mee wat heel spijtig is, wat ze wel voor IVF doen.

Uschi Van den Broeck, fertiliteitspsychologe bij LUFC (UZ Leuven), legt uit waarom een bedenkperiode erg nuttig kan zijn bij het overgaan tot een KID behandeling