De moeilijke maanden

Proficiat aan jullie allemaal!

De laatste maanden van het jaar, ze zijn weer voorbij, gelukkig.

Uit ervaring weten we dat deze zo zwaar zijn, het begint al in augustus… 

De winkels liggen vol met boekentassen, gaande van schattige kleine rugzakjes met prinsesjes of met Bob De Bouwer tot overdreven grote monsters van tassen voor de 6-jarigen. Mama’s en papa’s staan duidelijk tegen hun zin tussen de rekken te wachten tot zoon of dochterlief gekozen heeft wat hij/zij wil. Papa, al trappelend met zijn voet op de grond, mama trekt even aan de jas van de kleine spruit om het allemaal wat vooruit te laten gaan.
Beseffen zij wel hoe gelukkig ze zijn dat ze daar een half uur mogen wachten?

Dan 1 september, de straten vol met fietspoolmama’s of papa’s met hun fluorescerend gele vestjes. Laat hen maar goed opvallen in het verkeer, is belangrijk maar ik … ik kan er ook weer niet langs kijken en daar komen de tranen weer. Ik zou ook zo graag fietspoolmama zijn…

Laps, Allerheiligen staat weer voor de deur. Overal rouwende mensen, ze bezoeken het graf van hun dierbaren en zetten er een bloemetje neer. Iedereen naar de kerk om familie te herdenken, mensen rouwen nog wat na. Zij mogen rouwen, niemand neemt hen wat kwalijk. Ik rouw ook wel om de dood van een dierbare, maar het rouwen om een kind dat ik niet heb is voor mij op dit moment veel pijnlijker. 
Waarom ziet niemand hoeveel verdriet ik hier vanbinnen heb, waarom begrijpt niemand mij?

Als kers op de taart de december-maand. 
De maand waarbij uit iedere keuken wel een lekkere koekjesgeur komt, koekjes die dan nadien door de kindjes versierd worden.
Overal shoppende ouders en grootouders, zoekend naar een cadeautje voor de kindjes. 
Ik durf haast niet door de stad lopen, overal Sinterklazen en Kerstmannen, ze proberen de kindjes vrolijk te maken, delen ballonnen uit en proberen de mama’s en papa’s te overhalen om toch maar die ene winkel binnen te stappen. 
Ouders rennen al zuchtend door de straten, van de ene winkel naar de andere om maar snel alle cadeautjes bij mekaar te zoeken. 
Lange files aan de kassa, net alsof er maar 1 dag in het jaar is waarop mensen hun kinderen eens mogen verwennen.
Ik erger me mateloos, in een grote boog loop ik om al die drukte heen, ik huil maar niemand ziet het. Diep vanbinnen wordt mijn hart helemaal open gescheurd, het doet pijn, zoveel pijn. 
Waarom mag ik toch niet aanschuiven om die ene stomme ballon? Ik zou dagen tijd spenderen aan het uitzoeken van een cadeautje voor mijn kindje. Zou er weken van tevoren mee bezig zijn. Waarom mag ik toch eens niet mijn hele maandloon spenderen aan speelgoed? 
Wat zou ik ervan genieten.

De kerstboom wordt gezet. Ook bij ons, een heel gewone kerstboom, met de allerduurste kerstballen erin, heb me lekker verwend want bij ons is er jammer genoeg toch niemand die ze kapot kan maken. 
Vriendinnen komen voorbij met hun kindjes, bewonderen mijn boom en geven toe dat ze jaloers zijn. Ze moesten eens weten…
Onder de boom 9 pakjes. Voor mijn man, mijn ouders, Geert zijn ouders, mijn schoonzus en schoonbroer en voor mijn nichtje Julia en neefje Daan. 9 pakjes, dat is het, het hadden er zoveel meer moeten zijn. 
Mijn hart bloedt weer, hoeveel jaren zeggen we al niet ‘volgend jaar zitten we misschien met 3 voor de kerstboom’, maar ook dit jaar weer niet. Dat doet pijn.

Kerstdag is gezellig, de pakjes worden geopend, Emma en Daan kunnen niet wachten. Ze krijgen wat ze zo graag wilden hebben, een poppenwagen en een vrachtwagen met aanhanger. Zo cliché, maar zo willen ze het dus dan doen we dat. Zolang zij maar gelukkig zijn.

Daarna gezellig met z’n allen aan tafel, ik heb lekker uitgebreid gekookt. Ah ja, ik heb ‘toch niets anders te doen’. Iedereen geniet. Ondertussen gaat het er vrolijk aan toe en de roddels van het hele dorp worden verspreid: Krista en Dirk zijn gescheiden, Marc heeft een affaire met de vrouw van Peter, Ann , Anouk en Nicole zijn zwanger, …
Ik hou mij sterk, verbijt mijn tranen en vier vrolijk mee met de rest van de familie. Kerstdag is trouwens een vrolijke familiedag, inderdaad, een familiedag.

Ik heb het gevoel dat iedereen geniet van deze dag en dat iedereen het goed vindt maar … onze familie is toch nog niet compleet!? Ben ik de enige hier die nu dat ene kindje nog mist? Ben ik de enige die daar vandaag nog eens extra aan denkt? Maar lang durf ik er niet bij stilstaan want de nieuwjaarsbrieven worden al voorgelezen, de kindjes kunnen niet wachten tot nieuwjaar.
Dus zet ik mijn masker terug op, luister met tranen in mijn ogen mee en stop hen met veel liefde een centje toe. Om de één of andere reden heb ik met hen geen probleem, misschien omdat zij er al waren voor ik mijn man leerde kennen, ik weet het niet. Ben echt blij dat ik hen heb, kan ik toch even leuk mee spelen, kan ik mij even focussen op de pop die maar niet wil slapen of op de knop van het zwaailicht die het niet doet.

Kerstdag nadert zijn einde, ik bedenk me hoe het volgend jaar zal zijn. Ik stel vast dat ik me deze vraag al jaren stel, en Kerstdag is nog niets veranderd. Het lijkt alsof het stuk kalkoen van vanmiddag terug achter in mijn keel komt te zitten, het doet pijn maar we moeten verder. 
Nog even bij de andere familie iedereen een ‘Vrolijk Kerstfeest’ wensen en ja hoor, daar valt weer de vraag die er nu al jaren valt ‘wanneer komt er bij jullie eens EINDELIJK een kindje?’ Ik kijk maar zeg niets, pijn doet het, zo een pijn, ik heb het gevoel dat ik langzaam sterf. We ronden snel de verplichte gesprekken af en rijden dan naar huis. 
We stapten nog maar net in de auto of daar kwam de vraag van Geert: “Wat is er, je bent ineens zo stil?” Ja zeg, dat had hij nu niet moeten vragen… wat zou er zijn? 
De tranen komen, mijn stem begint te schokken en zonder dat ik wat moet zeggen zet hij even de auto aan de kant en neemt me goed dicht tegen zich aan… Wat voelt dit goed, net wat ik nodig had, iemand die me begrijpt zonder dat ik wat moet zeggen. Waarom doet alleen hij dat en waarom beseffen die andere mensen dat niet? Of zou dat nu net iets zijn dat alleen lotgenoten kunnen beseffen?

Dit was het verhaal van mij van 3 jaren geleden. Het speelde zich dit jaar ineens helemaal opnieuw af in mijn hoofd … en waarom? 
Omdat ik ook al zuchtend op het allerlaatste moment in de file aan de kassa stond. De mevrouw achter mij begon te praten over die hele drukte, ik kon nog net mijn mond snoeren of ik had mee geklaagd tot ik ineens besefte dat ik de gelukkigste vrouw van de wereld was dat ik dat mocht meemaken. Jeetje, bijna nam ik dezelfde houding aan als al die andere ouders waar ik mij 3 jaren geleden zo aan ergerde …

Decembermaand 2008, ik werd geleefd maar wat heb ik genoten. 
Van koekjes bakken tot shoppen, van tekeningen maken en knutselen tot Sinterklaas spelen, van inkopen doen tot iedereen een ‘Vrolijk Kerstfeest’ wensen. En ergens, tussen al die drukte door, besefte ik dat ik een gelukkig mens mag zijn, gelukkig dat ik dit allemaal mag meemaken, gelukkig dat mijn hart deze maand 2 x zo snel mocht kloppen van al die inspanningen.

En toch, toch voelde ik weer die krop in mijn keel, toch was er ook nog tijd om stil te staan bij de voorbije jaren, zoveel andere mensen voelden immers dit jaar wat ik 3, 4, 5 en 6 jaren geleden voelde, voor al die mensen ging er hier een extra kaarsje aan.

Dé feestperiode is voorbij en jullie mogen fier zijn, jullie hebben het toch weer gedaan, hebben al die traantjes weggeslikt, hebben jullie lief en vriendelijk ‘gezicht’ weer op gezet, hebben misschien zoveel dingen tegen jullie zin gedaan. Dat moet beloond worden, het moet gewoon zo zijn dat voor jullie allemaal in 2009 dé grote droom gaat uitkomen! Hier gaat alvast een kaarsje voor jullie aan.