In-vitrofertilisatie (IVF)
In vitrofertilisatie betekent letterlijk: bevruchting in glas. Bij IVF vindt de bevruchting namelijk niet plaats in de baarmoeder, maar in een petrischaaltje in het labo, waar eicel en zaadcellen worden samengebracht.
Als vrouw krijg je hormonen toegediend die zorgen voor de rijping van meerdere eicellen. Vlak voor de eisprong prikt de arts de eierstokken met een fijne holle naald aan om de eicellen te verzamelen. Dit noemt men de pick-up.
In het labo worden eicel en zaadcellen samengebracht in een petrischaaltje om zo een bevruchting tot stand te brengen. De bevruchte eicellen of embryo’s worden na twee tot zes dagen in de baarmoeder ingebracht. Dit noemt men de transfer.
Om meerlingzwangerschappen te voorkomen plaatst de arts slechts een minimaal aantal bevruchte eicellen terug. Zijn er nog meer bevruchte eicellen, dan worden deze ingevroren en in een latere cyclus teruggeplaatst.
Een cyclus waarbij ontdooide, voorheen ingevroren, embryo’s worden teruggeplaatst noemt men een cryocyclus. Bij zo’n cyclus heeft de vrouw vooraf geen zware hormonale stimulatie nodig.
IVF kan een oplossing bieden wanneer er een probleem is met de eileiders, zoals bijvoorbeeld een verstopping door endometriose, of wanneer de eisprong uitblijft of ontregeld is. Ook wanneer man of vrouw antilichamen produceren die de zaadcellen uitschakelen kan IVF een oplossing bieden.
IVF wordt vaak ook toegepast bij koppels bij wie na een lange periode vrijen zonder voorbehoedsmiddelen of na een aantal IUI-pogingen nog steeds geen zwangerschap is, zelfs al vindt men de oorzaak daarvan niet.
Dat er bevruchte eicellen in je baarmoeder zijn teruggeplaatst wil nog niet zeggen dat je zwanger bent. Het blijft dan nog steeds wachten of de zwangerschap aanslaat, net zoals bij een natuurlijke bevruchting. In ieder geval ken je er best van uit gaan dat je een aantal IVF-beurten nodig hebt om zwanger te geraken.
De kans dat de IVF-behandeling slaagt is sterk afhankelijk van de leeftijd van de vrouw.
- In de leeftijdscategorie onder dertig jaar krijgt ongeveer tachtig op honderd vrouwen een kindje na maximaal vier IVF-cycli.
- Ongeveer 36 vrouwen op honderd hebben zelfs genoeg aan een IFV-cyclus.
- Vanaf 38 jaar krijgt amper 30 op 100 vrouwen een kind na vier IVF-cycli
- Bij de vrouwen ouder dan 43 jaar is dat zelfs maar tien op honderd.
Over alle leeftijden heen is de kans op een baby, nadat er embryo’s zijn teruggeplaatst, een op vier.
Andere factoren die de slaagkansen van IVF sterk kunnen verminderen zijn bijvoorbeeld overgewicht of roken.