Leeftijd, een cruciale factor
De relatief late leeftijd waarop een aantal mensen aan kinderen beginnen is een van de belangrijkste oorzaken van vruchtbaarheidsproblemen in ons land. Hoe ouder je bent, hoe minder vruchtbaar je wordt. Bovendien kunnen vruchtbaarheidsbehandelingen dit probleem niet verhelpen.
Hoe ouder je bent, hoe kleiner de kans op een zwangerschap.
- Als vrouw ben je het vruchtbaarst tussen pakweg 18 en 30 jaar, met een piek rond je 25ste. Je hebt dan per cyclus ongeveer 20 tot 25% kans om zwanger te worden, of een kans op vier of op vijf.
- Vanaf je dertigste daalt die kans gestaag
- Tussen je 35 en 37 jaar heb je nog 10% kans om zwanger te raken, tussen je 38ste en je 40ste nog maar 5%.
Hoe ouder je bent, hoe groter ook de kans op een miskraam.
- Beneden de 35 gaat 1 op 10 van de zwangerschappen mis
- Tussen 35 en 40 jaar gaat 1 op 5 of 6 zwangerschappen mis
- Tussen 40 en 45 gaat 1 op 2 of 3 zwangerschappen mis
- Boven 45 jaar gaat 1 op 2 zwangerschappen mis
Dus ook al geraak je zwanger, dat wil nog niet zeggen dat je de zwangerschap ook uitdraagt. Dat maakt dat de kans op een gezond geboren baby erg klein wordt.
Dat je als vrouw met ouder worden minder vruchtbaar bent heeft te maken met de kwaliteit van je eicellen. Die eicellen heb je al van bij je geboorte. Eens je de 35 voorbij bent, geraakt je voorraad eicellen uitgeput. De kwaliteit van de overgebleven eicellen kan ook minder goed zijn.
Het is een grote misvatting dat fertiliteitsbehandelingen dit probleem kunnen verhelpen. Of je nu inseminaties, IVF of ICSI doet: zonder goede eicellen lukt dat niet.
Heb je nog geen kinderwens of partner en wil je toch de kwaliteit van je eicellen min of meer behouden, dan heb je ook de mogelijkheid om je eicellen in te vriezen.